Introductie
Aan de basis van iedere opleiding liggen de beoogde leerresultaten. Deze leerresultaten omschrijven waar studenten toe worden opgeleid. Binnen het programma van de opleiding wordt naar deze leerresultaten toegewerkt aan de hand van leerdoelen. Ieder onderdeel van de opleiding richt zich op een of meerdere leerdoelen en draagt zo bij aan het realiseren van de beoogde leerresultaten. Brightspace bevat een tool genaamd Leerresultaten Orginele naam van de tool is Learning outcomes. die het mogelijk maakt om deze leerresultaten en bijbehorende leerdoelen terug te laten komen in de verschillende programmaonderdelen waar Brightspace-cursussen voor zijn ingericht. In deze notitie wordt toegelicht wat de mogelijkheden en uitdagingen van het gebruik van deze tool zijn.
Toepassingsmogelijkheden
Wanneer door middel van de tool leerresultaten leerdoelen zijn ingevoerd in de cursus, is het voor course owners mogelijk om aan verschillende onderdelen van de Brightspace cursus leerdoelen te koppelen. Onderstaande vier toepassingen zijn voor studenten zichtbaar.
1. Een docent kan per opdracht aangeven aan welke leerresultaten er met de opdracht wordt gewerkt. De student ziet zo in één oogopslag aan welk leerdoel de betreffende opdracht bijdraagt. Let op, de samenvatting van een opdracht die een student te zien krijgt in de nieuwe learner experience laat deze leerdoelen en eventuele rubric niet zien. De student ziet deze wel als ze werken vanuit de opdrachtentool.
2. Leerresultaten kunnen ook gekoppeld worden aan beoordelingscriteria in rubrics, om zo studenten te beoordelen op hun prestatie op de leerdoelen. Als de rubric met leerresultaten aan meerdere opdrachten is gekoppeld, kan de student bij Groepsvoortgang een overzicht zien van diens voortgang op de leerdoelen en leerresultaten.
3. Het is ook mogelijk om de leerresultaten te koppelen aan discussies, mits hier een score item of een rubric aan gehangen is, anders is de koppeling voor studenten niet zichtbaar.
4. Leerresultaten kunnen ten slotte gekoppeld worden aan individuele testvragen. Zo kunnen vragen gesorteerd worden naar bijbehorende leerdoelen en kan een test evenwichtig worden opgebouwd. Om deze koppeling zichtbaar te maken voor studenten, moet in de test aangevinkt worden dat de leerresultaten voor studenten zichtbaar zijn. Wanneer een test automatisch wordt beoordeeld, wordt een student ook automatisch beoordeeld op de leerresultaten. Let hierbij wel op dat bij de constructie van de test het geheel van vragen een betrouwbare afspiegeling geeft van het gekoppelde leerdoel: wanneer slechts 1 vraag is gekoppeld aan een leerdoel en de student heeft deze vraag goed, scoort de student automatisch 100% en dus excellent op het leerdoel.
5. Het koppelen van inhoudsitems aan leerresultaten ( is niet zichtbaar voor studenten, maar betreft wel een waardevolle optie). Binnen de inhoudstool kan de docent aangeven welk Leerresultaat en leerdoel op iedere pagina, opdracht en bron van toepassing is. Er verschijnt een overzicht in de inhoudstool van het percentage gekoppelde leerresultaten. Na het aanklikken van dit overzicht ziet de docent waar welk doel aan gekoppeld is, hoe vaak het doel terugkomt en welke nog niet gekoppeld zijn. Zo helpt Brightspace inzichtelijk te maken in hoeverre de leerdoelen evenwichtig vertegenwoordigd zijn in de gekoppelde inhoud van een Brightspace cursus.
Aandachtspunten
1) Uniformiteit beoordelingsschaal
De beoordelingsschaal van leerresultaten is alleen op siteniveau in te stellen. Dit betekent dat bij het beoordelen van leerresultaten iedere opleiding van Hogeschool Rotterdam gebruik moet maken van dezelfde schaal.
In de huidige instellingen betekent dit een score op een vierpuntsschaal van: not competent, competent, advanced of excellent. De bijbehorende percentages zijn: 0-60%, 60-70%,70-90%, 90-100%. Deze percentages zijn in het eerdergenoemde voorbeeld van toetsvragen gekoppeld aan leerresultaten van belang: het verschil tussen voldoende en onvoldoende ligt op 55%: dit betekent dat er ten minste 5 vragen over hetzelfde leerdoel moeten worden gesteld in een toets om op alle 4 de niveaus te kunnen scoren (dat dit geen valide toets oplevert daar gelaten). Er is afgesproken dat deze schaal HR-breed wordt gehanteerd en in juni 2023 opnieuw wordt geëvalueerd.
2) Invoeren en beheren van leerresultaten op programma niveau
Het is binnen Brightspace mogelijk om leerresultaten op twee lagen aan te maken. De eerste optie betreft handmatig per cursus de leerdoelen invoeren. De tweede optie betreft het cursus overstijgend invoeren van de leerresultaten, waarbij de leerresultaten en doelen van het gehele programma / de gehele opleiding dienen te worden ingevoerd. Dit maakt het mogelijk om in de cursus de relevante doelen te selecteren uit een van te voren aangeboden lijst van leerresultaten. Wanneer dezelfde doelen terugkomen in verschillende cursussen, is het opnieuw invoeren van de leerresultaten niet nodig. Deze laatste optie biedt garantie op consistentie en daarmee herkenbaarheid voor studenten van de doelen doordat iedereen dezelfde bron gebruikt.
Binnen de huidige instellingen van rollen en rechten is deze methode van invoeren alleen voorbehouden aan de rol super admin. Aangezien Hogeschool Rotterdam meer dan 100 opleidingen heeft, is de uitvoering van het beheer van de leerresultaten een potentieel risico. In theorie zijn de leerdoelen aan weinig veranderingen onderhevig en zijn gehele curriculum wijzigingen de grootste bron van veranderingen. Echter is de praktijk weerbarstiger en zijn wijzigingen regelmatiger aan de orde. Vraag is of het voor centraal functioneel beheer realistisch is om te voorzien in het beheer van deze leerresultaten op programma niveau. Of dat de verantwoordelijkheid hiervoor lager in de organisatie kan worden belegd, om zo het doorvoeren van wijzigingen laagdrempeliger te maken en beter aan te laten sluiten op de aan veranderingen onderhevige praktijk
Voor meer informatie neem contact op met Functioneel beheer Centraal.